Moto Guzzi Mille S  =  1000 S
Rijtest uit een Koerier

LINIE S

De klassieke Moto Guzzi modellen worden uitgebreid met de nieuwe 1000 S. Dominerend is het gigantische V2 blok in een conventioneel dubbel wiegframe.
Toen hebben we onze neuzen platgedrukt tegen de ruiten van de weinige Guzzi dealers. 14 jaar geleden, toen de S3, de opvolger van de V7 Sport, lang en laag in de showroom stond, vol ongeduld om er snel als de wind vandoor te sprinten. Behalve de snelle Ducati hoefde dit zwart-groene monster met de V-motor voor niets en niemand in zijn klasse bang te zijn, hij was thema nummer één aan alle motorclub-stamtafels . Toch kwam de ontnuchtering sneller dan we dachten. Als motorfietsmonteur had ik al gauw het dagelijkse genoegen om de exclusieve sport-motor uit Italië te repareren. De problemen waren niet ernstig maar hinderlijk: licht schakelaars die al voor de afname dienst weigerden, lekke simmerringen van de krukas die de koppeling lieten slippen en lak die maar al te bereidwillig op lasnaden en uitlaten plaats maakte voor roest.
En nu zit ik weer in het zadel van zo'n Guzzi. Nu heet ze 1000S, maar erg veel is er sindsdien niet veranderd. Het solide, krachtige blok heeft meer cilinder inhoud gekregen en de lichtschakelaars doen het nu zoals het hoort, net als alle andere bedieningselementen.
Gebleven is het typische Guzzi-karakter : rauw en goedmoedig, iets waar je aan meet wennen. Er gebeuren vreemde dingen onder je tengevolge van de V-motor met krukas in de lengterichting en cardanaandrijving zonder momentafsteuning. Of je nu voor het stoplicht staat en bij elke draai aan het gashandle het sterke kiepmoment opmoet vangen, of de eigenaardige S-lijn bij het schakelen, het is de Guzzi van vroeger, met hart en ziel. Daar hoort ook het zware gasgeven bij waarmee de twee enorme 40 mm Dell'Orto's opengetrokken moeten worden. En doe je dat al te snel onder de 3000 toeren, dan verandert het mooie gestamp plotsklaps in een ziek rochelen, het heerlijke mengsel van lucht en benzine wordt botweg geweigerd. Pas als de venturi gehalveerd wordt en de lucht weer met hoge snelheid door de carburateurs fluit, herstelt het blok zich van de overdaad en ontwikkelt weer energie. Zo erg was net vroeger niet, want toen zaten er sierlijke 32 mm carburateurs op de aanzuigflenzen van de Guzzi. En die zorgden ook bij lage toerentallen voor de enorme power van de grote V-motor. Zeker, absoluut topvermogen kon niet ontwikkeld worden met deze bescheiden diameters maar een moot verslikvrij optrekken konden ze wel garanderen.
Nieuw aan het rijwielgedeelte is de mogelijkheid, achter aan de Koni dempers, voor aan het Bitubo systeem, om de demperkracht te regelen. Toch wel heel prettig, achter gaat het prima, van comfortabel zacht tot sportief hard. Maar de Bitubo technici moeten nog eens nadenken over hun voorvorkafstelling, want de zachtste uitgaande demperkracht is veel te hard, -bij de zwaarste instelling kun je na het inveren nog rustig gaan ontbijten - misschien is de vork erna weer uitgeveerd. Dat de 1000 S met deze ongelukkige afstelling niet pendelt is te danken aan de forse banden die korte, harde stolen goed verwerken en daarmee een stuk vering overnemen. De hydraulische stuurdemper hoeft daarom nauwelijks in actie te komen.
Ook bij topsnelheid, bijna 220 km/h staan daarbij op de teller, trekt de Guzzi onverstoorbaar haar baan. Zonder de nerveusiteit van de 16 inch Le Mans typen raast de 1000 S de bocht om. Het concept van de 1000 S is een verrijking met wat de nieuwe tijd aan goeds heeft gebracht: de hoekige cilinders en cilinderkoppen, de voorvork, het integraal remsysteem. In principe is de 1000 S een klassiek aangeklede Le Mans IV. Gepolijst aluminium, glanzende roestvrijstalen spatborden en 18 inch wielen met relatief smalle banden moeten er voor zorgen dat de oude vrienden van het merk terugkeren, terug naar de S-lijn, terug naar de klassieke, sportieve motorfiets, die geen stroomlijn en spoiler nodig heeft. Ook als dat op lange Autobahn-stukken toch tamelijk vermoeiend is. Op den duur meer dan 150 km/h, dat is ongeveer 5000 omw/min, vermoeien de Guzzi rijder toch wel bovenmatig, de wind geselt bijna in het gezicht. Een kleine stuurkuip in het Guzzi-accesoire-programma ligt klaar voor degene die iets meer comfort zoekt.
Maar ja, wie gewoon zo snel en comfortabel mogelijk ergens wil komen koopt geen Guzzi en al helemaal geen 1000 S. Voor dat doel zijn er andere, anoniemere, misschien ook betere motor-fietsen.
Nee, de Moto Guzzi is geen weinig onderhoud vereisende allround motorfiets, ze is ook ver verwijderd van de Super-sportster, wat getwijfeld ooit was, maar dat is lang geleden. Ze is eerder een motorfiets voor mensen die genoeg hebben van de dodelijke verveling van de perfecte motorfiets, daarentegen liefderijk hun eigenwijze stamper verzorgen en iedere keer weer genieten als de grote startmotor krakend het vliegwiel in beweging zet, de reusachtige V-motor wakker schudt en de heriningen aan die goeie ouwe tijd weer doen herleven.

Werner Koch
Motorrad 22/1989
Vertaling André Schouten, voor De Koerier