Moto Guzzi 1000 SP III
MOTO 73, 13-7-1989
Even wennen dan genieten Met kararakter-motorfietsen is het net als in een huwelijk: je moet
even wennen aan elkaar, voordat het grote genieten begint. Dat geldt
ook voor de derde generatie van de Moto Guzzi 1000 SP, die in 1979 het
levenslicht zag. Qua vormgeving en prestaties is de SP-III na 10 jaar
uitgegroeid tot een volwassen groottoerist, maar de Italiaanse V-twin
heeft nog steeds - net als toen - een geheel eigen karakter.
De 1989-uitvoering van de 1000 SP heeft nog maar weinig gemeen met zijn
voorganger. Niet alleen de styling van de machine werd geheel
gemoderniseerd, maar ook het blok, de framematen en de stroomlijn
werden flink onderhanden genomen.
Net als BMW en Harley-Davidson heeft ook Moto Guzzi een traditie
opgebouwd met een bepaald motorconcept, in dit geval de dwars
geplaatste 90°-V-twin. De krachtbron is qua constructie duidelijk
gedateerd, maar dat neemt niet weg dat de fabriek toch diverse
verbeteringen heeft doorgevoerd.
De SP-III heeft het versterkte carter van de nieuwe Moto Guzzi
Injection, terwijl er verder diverse componenten uit andere blokken
zijn terug te vinden. Qua prestaties zit de SP-III tussen de 65 pk
sterke {Mille GT} en de 85 pk sterke {Le Mans} in. De SP-III is volgens
de fabrieksopgave goed voor 71 pk bij 6800 toeren, een waarde die door
onze eigen test-bankmeting zelfs iets overtroffen werd. De
SP-III-krachtbron was op dat moment wel goed ingelopen, want na een
ferme trip naar de Alpen stond er een dikke 10.000 km op de teller. Op
de bank van de Rijksdienst voor het Wegverkeer in Lelystad kwamen we
tot een maximum vermogen van 72 pk bij 7000 toeren en een maximum
koppel van 78 Nm (7.9 kgm) bij 6000 toeren.
Dit prestatieniveau is te danken aan het toepassen van dezelfde
nokkenas. dezelfde kleppen (inlaat 44 mm i.p.v. 41 mm. uitlaat 37 mm
i.p.v. 36 mm) en dezelfde 36-mm-Dell Orto-karburateurs als van de oude
Le Mans III. De toegepaste zuigers, die een compressieverhouding van
9.5 op 1 geven (en superbenzine noodzakelijk maken), werden speciaal
voor de SP-III ontwikkeld.
Zinvolle vernieuwingen zijn verder het toepassen van een elektronische
ontsteking (de eerste 1000-cc'er van Guzzi die hiermee is uitgerust) en
het monteren van een nokkenasketting met automatische spanner, waardoor
de onderhoudsbeurten minder bewerkelijk geworden zijn. De laatste
verbetering betreft het toepassen van andere koppelingsplaten, die
langere en diepere spiebanen hebben, waardoor het draagvlak
aanmerkelijk werd vergroot. Het resultaat is dat de koppeling stiller
is geworden en door de betere geleiding lichter functioneert.
Voor het overige biedt de dwars in het frame geplaatste 90:-V-twin
weinig nieuws. De onderliggende nokkenas (geplaatst in de V tussen de
cilinders) drijft nog steeds via stoterstangen en tuimelaars twee
kleppen per cilinder aan. De motor moet het ook nog altijd doen met
rijwindkoeling en wat de cilinderinhoud betreft komt de krachtbron via
een boring-slag van 88 x 78 mm niet verder dan 948 cc, ondanks de
typeaanduiding van 1000 SP-III.
Volledige stroomlijn
De eerste 1000 SP was in 1979 uitgerust met een onderkuip en een met
het stuur meedraaiende stuurkuip. Ook de tweede generatie van de SP
moest het met deze attributen doen, maar de SP-III is in dit opzicht
helemaal up-to-date. De nieuwste SP heeft een volledige stroomlijn,
welke direct op het frame is gemonteerd.
De stroomlijn is niet alleen fraai gelijnd, maar biedt de bestuurder
optimale bescherming. In eerste instantie reden we de machine met een
wat korte ruit, welke veel turbulentie veroorzaakte rond de helm, maar
inmiddels rust de fabriek de SP-III standaard uit met een 5 cm langere
ruit, die dichter bij de bestuurder staat. Voor personen tot circa 1.80
meter is deze ruit ideaal, voor ondergetekende zou de ruit nog wel
enkele centimeters langer hebben mogen zijn en nog iets dichter op de
bestuurder hebben mogen staan.
Nu moest ik met mijn 1.85 nog net iets met het hoofd naar voren gaan om
bij hoge kruissnelheden (op de Autobahn reed ik constant 180-200 op de
teller) een heerlijke rust rond het hoofd te scheppen. De nieuwe ruit
bleek optisch ook zeer zuiver, want toen we helemaal achter de
stroomlijn wegkropen, bleek de ruit niet of nauwelijks te vertekenen.
De SP-III is uitgerust met twee getinte spiegels, die een prima beeld
geven van het achterop komend verkeer. Weliswaar zie je gedeeltelijk de
eigen armen in de spiegel en zijn de spiegels niet bij alle
toerentallen trillingvrij, maar niettemin hou je een prima overzicht op
alles wat er achter je rug gebeurt.
De stroomlijn is aan weerszijden voorzien van twee niet afsluitbare
opbergvakjes. De ruimte is echter zo gering, dat er hooguit wat kleine
zaken die direct voor het grijpen moeten liggen (zoals de papieren, een
zakdoek, een kam of een nat sponsje voor het vizier) in kunnen worden
opgeborgen.
Wel afsluitbaar zijn de buddyseat, de tankdop (door middel van een
klep, die overigens bij een gemonteerde tanktas knap lastig is te
openen met het aparte sleuteltje) en de werkelijk zeer goed passende,
uiterst snel te monteren Givi-koffers (meerprijs Æ 800.â). Handig van
deze koffers is dat je ze âs morgens, bij het verlaten van je hotel,
met één handbeweging vast kunt klikken zonder dat je de sleutels hoeft
te gebruiken. Mits de koffers niet te vol worden geperst, blijken de
Givi's ook goed waterdicht. Stouw je ze echter te vol, dan gaan de
afdichtingen wijken en zal de goede, ouwe truc met de plastic
vuilniszak van stal gehaald moeten worden, waarin de bagage waterdicht
voorverpakt dient te worden. Zeer prettig is dat beide koffers met één
sleutel te bedienen zijn.
Fraai inkijkje
We zeiden al eerder dat de vormgeving van de stroomlijn zeer geslaagd
kan worden genoemd. Dat geldt ook voor het mooi in de stroomlijn
geïntegreerde dashboard, de bedieningsarmaturen en de keurige
afdekplaat over het stuur, waardoor het geheel er zeer verzorgd en
fraai uitziet. Het dashboard is zeer kompleet uitgevoerd met alle
denkbare meters. waarbij een klokje, een voltmeter, een dagteller en
waarschuwingslampjes voor de benzinevoorraad en de vrijloop niet
ontbreken. Volgens goede Guzzi-tradities blijft enige voorzichtigheid
met het vrijzetten wel geboden. want de indicatie van het
vrijlooplampje komt niet altijd overeen met de werkelijkheid. Wat de
benzinevoorraad betreft, begint het waarschuwingslampje na circa 180 km
voor het eerst te knipogen, om bij circa 225 km definitief te gaan
branden. Dat is vrij vroeg, want de tankinhoud van 22.5 liter reikt bij
zeer snel gebruik op de Autobahn voor een actieradius van ten minste
300 km (1 op 14). Wie een meer toeristisch tempo aan de dag legt, kan
echter ook bijna 400 km op één tankinhoud afleggen (1 op 17.5).
Overigens doet u er niet verstandig aan om het op de laatste druppel
benzine te laten aankomen, want de SP-III heeft geen reservestand op de
benzinekranen. Het gemiddelde benzineverbruik tijdens de test bedroeg 1
op 15.6 km, liter.
Het kontaktslot is geheel up-to-date geïntegreerd met het stuurslot.
Het contactslot heeft ook een parkeerstand, waarbij het achterlicht
overigens niet automatisch wordt ingeschakeld. Dat gebeurt gewoon via
de schakelaar van de verlichting, waarbij dan (onnodig) ook het
stadslicht en de instrumentenverlichting gaat branden. Een wat
merkwaardige schakeling, te meer daar iedereen de parkeerverlichting
onbevoegd kan uitzetten en uw veilig geparkeerde motorfiets plotseling
een duister obstakel wordt.
Afgezien van deze minpuntjes vormen de armaturen voor het overige een
voorbeeld van hoe ze horen te zijn. evenals de trillingdempende
handvatten. Ter beveiliging van de clignoteurs heeft de elektrische
installatie een piepertje, dat de bestuurder onverbiddelijk aan het
uitstaan van de clignoteurs herinnert. Een gevaarlijke vergissing is
onmogelijk, ook al zullen sommigen het piepen wellicht irritant vinden.
Rijeigenschappen
De nieuwe Moto Guzzi 1000 SP-III is door zijn speciale loopcultuur geen
allemansvriend. ât Is effe wennen, zoals de kop al zegt, maar als de
karakters van bestuurder en motor bij elkaar passen. kan het grote
genieten beginnen.
De Moto Guzzi 1000 SP-III heeft - net als alle andere Guzzi's - twee
zaken die gewenning vragen: in de eerste plaats is dat het integrale
remsysteem en in de tweede plaats het goedmoedige schudden van de
krachtbron, vooral bij stationaire of lage toerentallen.
Het integrale remsysteem vraagt, denk ik, bij niet-Guzzi-rijders het
meeste aanpassingsvermogen. In feite moet je je rijstijl aanpassen,
want wie gewend is altijd als eerste de voorrem te pakken, komt bij de
Guzzi in moeilijkheden. Met de handrem bedient men namelijk alleen de
rechter voorschijf en de remwerking daarvan staat niet in verhouding
tot de gemiddelde, dubbel uitgevoerde (Japanse) schijfrem, zelfs niet
bij enorm veel knijpkracht. Een Guzzi remt pas echt goed als men
gelijktijdig met de voetrem het aparte remsysteem van de linker
voorschijf en de achterrem bedient, waarbij een remdrukverdeler zorgt
dat circa 70% van de remkracht naar voren gaat en circa 30% naar
achteren.
Wie aan het Guzzi-remsysteem is gewend, weet dit systeem op waarde te
schatten. Ik kreeg er waardering voor toen ik de 48 haarspeldbochten
van de Stelvio moest bedwingen, plus de verraderlijke steenslag van de
Umbrail. Dan pas merk je ook de zin van de kniesteunen in de
stroomlijn, kniesteunen die de meeste testrijders bij de eerste
kennismaking meestal een opgesloten gevoel geven. De kniesteunen zijn
overigens ook bedoeld om als lanceerbasis te dienen bij een frontale
aanrijding, waarbij de bestuurder over de tegenpartij heen moet
schieten (met uw welnemen heb ik de werking hiervan niet beproefd....).
Net als BMW en Harley heeft ook Moto Guzzi een eigen filosofie over
motorrijden. Na enige tijd ben je het daarmee eens en geniet je, of je
blijft een Guzzi gewoon een kloteding vinden. Ik maak er geen geheim
van dat ook ik (weer) moest wennen aan de typerende rijeigenschappen
van een Moto Guzzi, evenals aan het feit dat ik de zware bediening van
het gashandel en de remmen bepaald niet comfortverhogend vind werken op
lange trajecten, maar ik durf ook te zeggen dat ik genoten heb van de
rijeigenschappen van de SP-III, met name van het zitcomfort op de lange
afstand, van de goede bescherming van de stroomlijn, van het "bullige"
motorkarakter bij lage toerentallen in de bergen en van de perfecte
stabiliteit in snelle bochten en tijdens snelle Autobahn-ritten. Zelfs
met (overbeladen) koffers gaf de SP-III bij snelheden van 180-200
km/uur geen enkele onrust in het stuur.
Afgezien van de te zware bediening van het gas en de remmen,
functioneren alle andere bedieningsorganen prima. Zo is de machine met
weinig kracht op de middenbok te kantelen, terwijl de jiffystand (na
modificatie door de importeur) uitstekend vanaf de motorfiets is te
bedienen, een âmust" voor zwaarbeladen toermachines.
De door importeur Greenib ter beschikking gestelde testmachine behoorde
volgens het framenummer tot de zogenaamde nul-serie, de allereerst
gebouwde machines. Wellicht daardoor vertoonde de machine nog wat
kleine mankementen. Zo schuurde na circa 6000 km een gaskabel kapot
door een foutieve geleiding, terwijl de machine in zware regen niet
waterproof bleek. De opening van het luchtfilterhuis wijst naar voren,
waardoor het papieren filterelement nat wordt en nauwelijks lucht
doorlaat. Het gevolg is dat de motor veel te rijk komt te staan en
alleen nog met een streepje gas aan het lopen is te houden. Het
overkwam ons tijdens een hoosbui in de buurt van Frankfurt. Kort nadat
het weer was opgeklaard en het filter droog, liep de machine als
vanouds. Beide fouten zijn inmiddels door de importeur aan de fabriek
gemeld.
Conclusie
De uitrusting en vormgeving van de Moto Guzzi 1000 SP-III laat er geen
twijfel over bestaan dat de machine bedoeld is voor groottoerisme. In
die categorie heeft de SP-III concurrentie van de BMW R lOO RT-boxer(Æ
21.425.â), de BMW K100LT (Æ 24.750.â), de Kawasaki GTR1000 (buiten de
overjarige-aanbiedingen om normaal Æ 21.998.â), de Suzuki GSX1000F (met
koffers 20 mille) en natuurlijk de Moto Guzzi California III
Full-Fairing (22 mille), hoewel deze laatste machine qua stroomlijn en
zitpositie iets minder op groottoerisme is toegesneden dan de SP-III.
Qua prijsniveau weet de 1000 SP-III geen beslissend voordeel op de
concurrentie te scoren, zeker niet nu de prijs onlangs met 1 % verhoogd
werd tot Æ 21.190.â. In de prestatiesfeer zal de SP-III zelfs beduidend
moeten toegeven aan de Japanse concurrentie, maar daar staan weer een
aantal sterke punten tegenover. We noemen u de hoge restwaarde, de
prettig geprijsde onderdelen (zie bijgaande lijst), de aanwezigheid van
een cardan en niet in het laatst de zeer stabiele rijeigenschappen met
volle koffers.
De nieuwe Moto Guzzi 1000 SP- III voelt zich het meest in haar element
in het ruime werk. Waar op mooie wegdekken vloeiend gestuurd kan
worden. Ook op de bredere bergpassen gaat het allemaal vanzelf en kan
men tussen 2500 en 4500 toeren genieten van de prima trekkracht bij
lage toerentallen Pas in het korte werk vraagt de SP-III meer
stuurmanskunst van zijn berijder en moet er flink worden gewerkt.
Net als in het huwelijk leidt onverenigbaarheid van karakters tot een
echtscheiding. Het is derhalve raadzaam een Guzzi - dus ook de SP-III -
voor aankoop te testen, het liefst langer dan alleen een blokje om. De
importeur biedt zijn dealers daarvoor
voldoende mogelijkheden. Eerst wennen, dan genieten, zegt de kop boven
deze test. Qua stuureigenschappen en betrouwbaarheid zal de SP-III u
zeker niet teleurstellen, maar of hij bij uw karakter past, zult u zelf
moeten uitvinden.
Coen Verburg
MEETGEGEVENS
max. gemeten vermogen 53 kW (72 pk) bij 7000 tpm
max. gemeten koppel 78 Nm (7.9 kgm) bij 6000 tpm
acceleratie 60-100(111)4,1 80-120 (V) 6.6
topsnelheid: 193 km/uur
bij telleraanduiding 100 km/uur: werkelijke snelheid 92 km/uur
brandstofverbruik tijdens de test: 1 op 15,6(6,4 liter op 100 km)
actieradius: 340 km
TECHNISCHE GEGEVENS
Motor luchtgekoelde tweecilinderviertakt in V-vorm dwars in het frame
geplaatst, blokhoek 90'. een onderliggende nokkenas en twee kleppen per
cilinder, klepbediening d.m.v. stoterstangen en tuimelaars: boring maal
slag 88 x 78 mm; cilinderinhoud 948.8 cc: compressieverhouding 9.5 op
1: wet-sump-smeersysteem: twee DellOrto PHF-karburateurs, doorlaat 36
mm: 2-in-2-uitlaat.
Transmissie: tweevoudige droge platenkoppeling. kabelbediend: primaire
overbrenging d.m.v. tandwielen. i = 1,235 : 1; klauwengeschakelde
vijfversnellingsbak, interne verhoudingen 2.000. 1.390. 1.050. 0.870.
0.750 : 1; secundaire transmissie d.m.v. cardan, i = 4,714 : 1.
Rijwielgedeelte: dubbel uitgevoerd stalen wiegframe: hydraulisch
gedempte telescoopvoorvork. veervoorspanning en demping instelbaar,
diameter vorkpoten 40 mm. veerweg 140 mm: achtervering met stalen
swingarm en twee Koni-schokbrekers. veervoorspanning in drie standen
instelbaar. demping in vier standen instelbaar. veerweg 70 mm.
Remmen: Integraal remsysteem met drie hydraulisch bediende
schijfremmen. Brembo-remklauwen. diameter zwevende remschijven (voor)
300 mm. (achter) 270 mm: lichtmetalen gegoten wielen: banden (voor)
100/90/V18, (achter) 120/90/V18.
Elektrische installatie: elektronische ontsteking: boordspanning 12
volt: accu 12 V 24 Ah: 280-watt-wisselstroomdydnamo rechtstreeks op
krukas: elektrische starter: koplamp 60 55 watt H4: achter- en remlicht
2 x 5 21 watt.
Uitrusting: vast op het frame gemonteerde stroomlijn: twee vaste
spiegels: dashboard met kilometerteller. toerenteller. voltmeter en
tijdklokje: controlelampjes voor bijladen, groot- en dimlicht.
vrijstand. richtingaanwijzers. oliedruk en benzinevoorraad: centraal
contaktslot met geïntegreerd stuurslot: alarminstallatie: chokeknop op
het stuur: afsluitbare, verzonken tankdop met klep: twee bagagekoffers.
Maten en gewichten: wielbasis 1495 mm: balhoofdshoek 62': naloop 98.5
mm; zithoogte 800 mm: droog gewicht 240 kg: tankinhoud 22.5 liter.
Prestaties: (fabrieksopgave) max. vermogen 52 kW (71 pk) bij 6800 tpm: max. koppel 77.5 Nm (7,9 kgm) bij 5800 tpm.
Prijs: Æ21.190â exclusief kotterset: prijs kotterset Æ800â (Bfr. 379.000: prijs kotterset Bfr. 16.750).
Importeur voor de Benelux: Greenib b.v.. Postbus 185. 2130 AD Hoofddorp
(02503-35434). Contactpersoon België: Johan Jans. Roslaer 49. 9400
Ninové. België (tel. 054-322082).
Vaste kosten per jaar wegenbelasting Æ217.â: verzekering
(KNMV-tarieven) WA Æ 425â (Æ 128â bij 70% no-claim). all-risk met Æ
100.â eigen risiko Æ 3.995â (Æ 1.199â bij 70% no-claim).
1000 SP III Rijtest
- Gegevens
- Hits: 5507